U bent hier

Ateliers de Construction, Forges et Aciéries de Bruges - La Brugeoise

, Brugge -
Aciéries De Bruges
Social Media: 

La Brugeoise is ontstaan uit het initiatief van Joseph De Jaegher (1818-1888) die circa 1851 een ijzerhandel heeft op de Burg in Brugge.

In 1855 wordt deze winkel uitgebreid tot ijzergieterij "Ateliers J. De Jaegher", gelegen in de Raamstraat en wordt nog vóór het einde van de eeuw één van de grootste metaalbedrijven van het land.

Aciéries de Bruges

In 1891 fusioneert de gieterij met een zusterbedrijf uit de nabijgelegen Gieterijstraat "Usines Ferdinand Feldhaus" en werkt verder onder de naam "S.A. Ateliers de Construction, Forges et Aciéries de Bruges". Rond de eeuwwisseling wordt uitgekeken naar een geschikte, ruimere vestigingsplaats buiten de stadskern. De site naast het kanaal Gent-Oostende, waar toen reeds plannen bestonden voor een moderne spoorwegverbinding, wordt uitgekozen.

In 1905 al zijn zowel de kantoorgebouwen als de werkplaatsen gebouwd. De fabriek floreert onder de naam "N.V. La Brugeoise" en biedt werk aan 1500 werknemers. De elektriciteitscentrale of turbinezaal is gebouwd in 1912 cf. datering in het boogveld van een benedenvenster van de voorgevel. Baksteenbouw onder zadeldak bedekt met platen. Mogelijk gebouwd naar een ontwerp van de Brugse architect Etienne Timmery of Oscar De Breuck. Eclectische geveluitwerking die refereert aan de Brugse architectuur o.m. voorgevel afgewerkt met kantelen en boogfriezen, en door segment- en rondboogopeningen doorbroken gevelvlakken.
De centrale is binnenin decoratief afgewerkt met bepleisterde wanden met spitsboogfriezen van verschillende grootte, geglazuurde tegels, muurplinten in groene faience en een tegelvloer met bloemmotief. Een gietijzeren trap leidt naar een plateau op gietijzeren zuilen waar een deel van de technische installatie (turbines en compressoren) is bewaard. Stalen dakspant wellicht afgeleid van het in de 19de eeuw populaire Polonceautype.

In 1913 volgt een fusie met "Parmentier, Nicaise en Delcuve" uit La Louvière. Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt het bedrijf ingeschakeld in de Duitse wagenproductie en op het einde van de oorlog zijn zowel het machinepark als de gebouwen zwaar beschadigd.
Tijdens de wederopbouw krijgt het bedrijf belangrijke opdrachten en verwerft ook internationaal een belangrijke faam, voornamelijk in de constructie van spoorwegmateriaal.

In 1956 en 1977 volgen nog twee fusies en sinds 1991 is het bedrijf een afdeling van Bombardier-Eurorail.
De bedrijfsgebouwen werden in 1999 beschermd als monument. Voor voetgangers en fietsers is de site toegankelijk via een brug over het kanaal Gent-Oostende, die uitkomt op de Baron Ruzettelaan.

In 2010 wordt de site ingericht als evenementenlocatie, dankzij de strategische ligging en zijn uniek karakter, is dit beschermd industriël erfgoed een uitzondere locatie voor het inrichten van cultuurmanifestaties, seminaries, incentives, teambuildings en andere evenementen.

Foto: Marc Storms, november 2014